Advent
Het woord ‘advent’ betekent letterlijk komst. We denken dan dan in eerste instantie aan de komst van het kindje Jezus, want daar gaan we ons op voorbereiden in de komende periode. Kerkelijk gezien starten we ook een nieuw jaar. Een nieuw jaar met nieuwe kansen en mogelijkheden. Hopelijk kunnen we in het komende jaar onze stemmen weer voegen in het koor en gaat het coronavirus een minder belangrijke rol spelen in ons leven. Laten we wachten op de komst van betere tijden wat dat betreft.
De advent is een periode van verwachten en ook de kerkmuziek in deze periode staat in het teken van het grote feest van kerstmis dat komen gaat. De muziek is minder uitbundig misschien, maar wel vol hoop. In deze bloemlezing wil ik jullie wat mooie muziek laten horen die speciaal bedoeld is voor deze tijd van het jaar. Hiermee houden we hoop op beteren tijden, want hoop doet leven.
Het introïtus voor de eerste zondag van de advent begint met de tekst: Tot U verhef ik mijn ziel; mijn God, op U vertrouw ik, laat mij niet beschaamd worden. Deze tekst heeft de componist Joseph Rheinberger geïspireerd tot onderstaande compositie: een mooie start van deze bloemlezing.
Een gezang dat niet mag ontbreken tijdens de advent is het Rorate caeli. Tijdens de vier weken van de advent kan dit gezang ten gehore gebracht worden. In onderstaande versie van de Duits componist Hermann Schroeder horen we het gregoriaanse antifoon gecombineerd met een zetting van het eerste en het laatste vers.
Verwachten is het woord dat centraal staat in deze periode. We mogen ons verheugen op de komst van de Heer. Halverwege de advent wordt de nadruk op het verheugen gelegd: Gaudete. Het introïtus van deze zondag begint met de tekst: Verheugt u in de Heer te allen tijde. Nog eens: verheugt u. De Hongaarse componist Miklós Kocsár maakte een koorwerk op deze tekst.
Johann Sebastian Bach schreef een cantate speciaal voor de vierde zondag van de advent. Helaas was het in Leipzig, de plaats waar hij aangesteld was als kerkmusicus, niet toegestaan om van de tweede tot en met de vierde zondag van de advent cantates uit te voeren. Mogelijk is hierdoor de muziek voor deze adventsviering verloren gegaan en enkel de tekst overgeleverd. Bach was echter ook een recycler en hij hergebruikte zijn muziek voor het feest dat op 2 juli werd gevierd: Maria Visitatie. Tegenwoordig vieren wij dit feest op 31 mei. Vandaar dat wij de muziek voor deze cantate nog kennen en dan vooral het Jesus bleibet meine Freude, dat als een liefdesverklaring aan Jesuz gezien kan worden.
De laatste week van de advent staat in het teken van de zogenaamde O-antifonen. Eén van de liederen die wij kennen uit de advent dat gebaseerd is op deze O-antifonen, is het lied ‘O kom,o kom, Immanuël’.
Van dit bekende lied zijn talloze uitvoeringen. Onderstaande uitvoering wil ik jullie niet onthouden: een bijzondere uitvoering als je het mij vraagt.
Aan het einde van dit filmpje wordt ons alvast een fijn kerstfeest gewenst, maar dat mag ook wel aangezien deze tekst verwijst naar de laatste van de zeven O-antifonen. We zijn dan al aanbeland op 23 december.
Tot slot van mijn verhaal ga ik terug naar de Duitse componist Johann Sebastian Bach. Hierboven schreef ik dat hij geen cantate mocht laten horen op de vierde zondag van de advent. Dat was in Leipzig. Eerder heeft al een cantate geschreven voor dezelfde zondag, maar toen was hij nog kerkmusicus in Weimar.
De cantate van het laatste fragment heeft daar voor het eerst geklonken. Het is de cantate ‘Bereitet die Wege, bereitet die Bahn’.
Hiermee heb ik geprobeerd wat hoop en vreugde te geven in deze donkere dagen waarin wij verlangen naar het licht. Hopelijk komt er licht, niet alleen na deze donkere winterdagen, maar vooral ook na de coronacrisis. Dan kunnen we snel weer gaan zingen in het koor zoals ik mijn bloemlezing begon.
Heino Vergouwen